Memories
28-04-2020 21:27Wanneer ik dit schrijf zitten we nog midden in de zogenaamde coronacrisis. Het lijkt al weer lang geleden dat we gewoon ‘naar buiten’ konden zonder ons af te vragen: “Is het echt noodzakelijk om weg te gaan? Zal het daar niet te druk zijn? Lukt het om op anderhalve meter te blijven?” Je zou denken dat je in de natuur geen last hebt van andere mensen die te dicht bij komen, maar omdat heel veel mensen blijkbaar zo denken is dat zeker geen garantie voor een rustig verblijf. De natuur trekt zich natuurlijk niets aan van al die mensenperikelen. Misschien is het verbeelding, maar lijkt het echt mooier buiten, nu zoveel mensen binnen blijven? Is de lucht echt helderder blauw, kun je echt verder kijken en fluiten de vogels nu echt mooier dan anders? Zijn er meer insecten in de lucht? Of is het verbeelding? Of wensdenken? Ik haast me overigens om te zeggen dat eventuele voordelen van deze crisis voor de natuur niet zomaar afgezet kunnen worden tegen het leed (gezondheid, economie) wat vele mensen treft.
Laten we ons dan maar laven aan de herinneringen. Met een digitaal mapje foto’s dromen we weg, terug naar de zorgeloze tijden van weleer…
Bloemen zijn ultieme voorjaarsboden. Wanneer speenkruid, klein hoefblad en even later groot hoefblad zich laten zien weet je dat de winter nog wel wat flinke speldenprikken kan uitdelen maar dat het voorjaar zich onmiskenbaar aandient. Een klein poosje later kunnen we de pinksterbloemen zien bloeien in het gras, zo ergens in april. Later, in mei, pronkt de gele lis in de sloot. Eind mei, begin juni, lijkt de plantenwereld te exploderen. Tijd voor een bezoekje aan de uiterwaarden bij Everdingen.
Op een mooie vroege morgen, er is nog geen mens te zien, trekt de damp langzaam op door de warmte van de eerste zonnestralen. Uitbundig rijk en groen ligt het veld voor me. Op de ene plaats overheersen boterbloemen, op de andere lijkt het wel een margrietenkwekerij. Je weet haast niet te beginnen met fotograferen, zo mooi! Bovendien is het (in ieder geval voor mij) een hele uitdaging om de bloemen ook mooi in beeld te zetten. Eigenlijk wil je net wat meer dan de zogenaamde ‘registratieplaatjes’. Zo fotografeer ik boterbloemen in tegenlicht waardoor de bedauwde spinnenwebdraden tussen de bloemen goed uitkomen. Een grasstengel vind ik mooi uitkomen in het gouden morgenlicht. Verrassend (voor mij dan) is de vondst van grote ratelaars. Mooie gele bloemen met paarse lipjes. Ik maak wat ‘stack’ opnames (digitaal stapelen van foto’s) van een margriet en van een rode klaver. Zo’n gewone bloem, maar toch prachtig. Tussen het gras en de margrieten staan orchideeën. Ik kom tot de conclusie dat het vleeskleurige orchissen zijn. Hoe zet ik die nu weer spannend in beeld? Ik fotografeer op verschillende manieren door de vegetatie heen. Ook nu maak ik een stack opname. En ik voeg een foto van een orchidee samen met een foto van de vegetatie zodat er een samengestelde foto ontstaat. De een vindt het mooi, de ander gruwt er misschien van. Smaken verschillen!
Een week later breng ik een bezoek aan de Zouweboezem. Een opvallende plantje daar is het bitterzoet, een mooie combinatie van paars en geel. Een gewone distelbloem (naam voor mij onbekend) staat onbeschaamd paars te shinen. Een grasaar in al zijn eenvoud is ingetogen mooi. Ook in de Zouweboezem (toegegeven, nèt achter een slagboom) staat een mooie groep grote ratelaars. Ik probeer ze ook op verschillende manieren in beeld te zetten. Verder zie ik nog min of meer gewone soorten als valeriaan, veldlathyrus en klaproos.
Enkele weken later breng ik nogmaals een bezoek aan de uiterwaard bij Everdingen. Ik zie een opvallende paarse lipbloemige. Ik kom er niet goed uit welke soort het is maar het blijkt (na enige hulp) esparcette te zijn. Paars blijkt een populaire kleur te zijn want een andere plant die ik knoopkruid noem staat ook al opvallend in deze kleur te bloeien. En er is nog iets paars; orchideeën. Deze keer noem ik ze rietorchis, maar determineren blijkt niet echt aan mij besteed te zijn. Ik besteed mijn tijd liever aan fotograferen en (ik geef het maar toe) ik snap soms ook gewoon de vragen en termen in de flora niet. Als laatste fotografeer ik nog moerasrolklaver (althans, dat denk ik), een heel klein klavertje.
Weer thuis gekomen bloeit er in de sloot naast ons huis watergentiaan en gewoon blaasjeskruid, een vleesetende waterplant. Ook mooi!
Tot slot; misschien heb je het bovenstaande meewarig glimlachend gelezen. Omdat mijn determinatie niet klopt. Of omdat je in de omgeving van Leerdam nog veel mooiere bloemen en andere orchideeën weet te vinden. Of omdat je ze beter kunt fotograferen. In dat geval wil ik je vragen; help me dan! Geef me tips, ik zal je er dankbaar voor zijn! Maar ondanks dat het allemaal wellicht veel beter kan heb ik er een paar genoeglijke uren mee beleefd.
Hans de Braal